Onder gezag wordt volgens de wet verstaan het ouderlijk gezag dan wel de voogdij. Ouderlijk gezag wordt door de ouders gezamenlijk of door één van de ouders uitgeoefend. Voogdij wordt uitgeoefend door een ander dan een ouder.
Tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap hebben ouders gezamenlijk het gezag over hun minderjarige kinderen. Na echtscheiding of ontbinding van het geregistreerd partnerschap blijven ouders het gezag gezamenlijk uitoefenen. Van deze hoofdregel kan door de rechter worden afgeweken als een kind “klem” dreigt te raken tussen de ouders. In dat geval kan de rechter dan bepalen dat slechts één van de ouders na de scheiding het gezag voortaan uitoefent.